De ziekte van Alzheimer is de meest voorkomende vorm van dementie en wereldwijd de voornaamste reden van leeftijd-gerelateerd neurodegeneratie. Vroege symptomen zijn vergeetachtigheid en verlies van korte-termijn geheugen, waarna de ziekte verergert met stemmingswisselingen, verwarring en meer geheugenverlies. Neuropathologisch wordt de ziekte van Alzheimer gekarakteriseerd door een combinatie van extracellulaire Amyloid-β ophoping, genaamd ‘plaques’, en intracellulaire aggregaten van hyper-gefosforyleerd tau, genaamd ‘tangles’. De afgelopen jaren heeft onderzoek aangetoond dat hiernaast microglia-gemedieerde neuro inflammatie ook een belangrijke rol speelt bij Alzheimer-pathologie. De familiaire vorm van de ziekte van Alzheimer is geassocieerd met mutaties in de preseline-1 en -2 genen, en het amyloid precursor protein (APP), hoewel de overgrote meerderheid van de gevallen een sporadische vorm betreft. Hiernaast zijn enkele mutaties ontdekt in een scala aan genen (o.a. APOE, TREM2), die het risico op de ziekte van Alzheimer vergroten en welke voornamelijk in microglia tot expressie worden gebracht. Tot op de dag van vandaag is er geen genezing mogelijk voor de ziekte van Alzheimer.
In de Neuro-D groep gebruiken we humaan hersenweefsel en iPSCs gedifferentieerd tot microglia, om te onderzoeken wat de effecten van ijzer-accumulatie op microglia zijn en hoe dit bijdraagt aan de progressie van de ziekte van Alzheimer.